De stand van zaken

(Dit verhaal is door David ook aan een aantal mensen per email gestuurd. Het is een reactie op een email van mij waarin ik aangeef dat veel van zijn "rondzend" emails een nogal negatieve insteek hebben...) - HK

Herman vroeg zich na mijn laatste rondzendmailtje getiteld "Schrijnend" af of ik jullie niet te veel verstoken hield van leuk en goed nieuws. Ik hoop dat jullie niet de indruk hebben gekregen dat ik het hier niet naar mijn zin heb. De laatste mailtjes zijn uit de losse pols geschreven, meer om een beeld te schetsen van kenmerkende problemen hier.

Mijn huis ondergaat een complete metamorphose. Toen ik aankwam lag het verscholen tussen welig tierende struiken en bomen, onttrokken aan het zicht. Ramen konden niet open of dicht, waarschijnlijk waren ze nooit geopend in de afgelopen jaren. Het plafond in de woonkamer en keuken was angstvallig diep naar beneden gebogen, met loshangende stukken hout, volledig weggerot of opgevreten door termieten. Grote brokstukken waren her en der uit de muren gevallen en het krioelde van de kakkerlakken. Na iedere regenbui, maar ook als de watertank op het plafond gevuld werd kon ik midden in de woonkamer gaan douchen. Kortom, 't leek of het huis eigenlijk niet bewoond was geweest.

Dankzij de hulp van Naomi, de voormalige hulp van dr. Annette, voor het huis en van Stanley en Lackwell voor de tuin, is het enorm veranderd. Stanley en Lackwell hebben een moestuin gemaakt, die nu aubergines, raap, wortels, prei, sla en chili's opleverd, ze hebben om de tuin een 'gras'hek aangelegd, en flink lopen snoeien. Het kippe- en konijnehok is opgeknapt en nu zijn er sinds een paar weken dan ook kippen, 5 hennetjes en 3 hanen (eigenlijk wat te veel), en 2 konijnen. Altijd als ik thuiskom wordt ik uitbundig welkom geheten door met name Senya, een scheet van een hond, ze springt graag tegen je op, likt je hielen (jaja) of je handen. Bobby, de andere hond, is wat rustiger. Senya is eigenlijk altijd bang voor andere honden, maar Bobby is echt trouw en dapper. Wil mij soms ook niet in de steek laten, en volgt me dan tot op het ziekenhuisterrein, ja, zelfs tot in de 'wards', tot grote hilariteit van patienten en verpleging.

Als laatste lid van de familie is er ook nog Pippi, een jonge zwarte kater, die vreselijk kan miauwen (hoe heeft hij 't geleerd??). De honden hebben het spelletje "poesje treiteren" ontdekt, en zitten dus vaak achter Pippi aan, tot ze veilig in een boom heeft weten te klimmen. In het begin moest ik als ik 's avonds tegen 't donker (tussen 6 en 7) thuiskwam hem vaak uit de boom opvissen, te bang om zelf terug naar het huis te komen. Met al die dieren rondom het huis en met Naomi, Stanley en Lackwell, voelt 't als een grote familie. We drinken samen koffie (als ik kom) en tussen de middag eten we gezamenlijk Nsima (de zambiaanse maisbrij) met groente, vlees of vis. Naomi heeft ook geleerd om allerlei lekkers te bakken zoals scones en muffins, cake, pompoenbrood en ga zo nog maar even door. Niets te klagen!

Het opknappen van het huis heeft veel tijd gekost, en is ook nog niet af. Daarom heb ik nog altijd her en der verhuisdozen staan! Allereerst heb ik twee kamers laten opknappen, de slaap- en de werkkamer. Daar woon ik eigenlijk. Ook het guesthouse is klaar. Dus jongens (en meisjes) .... komen maar!!!!

Nu wordt er volop gewerkt in de eetkamer, woonkamer en keuken. Ik denk dat het nog zo'n 1-2 maanden duurt voordat alles eindelijk af zal zijn. Het dak is nu gerepareerd, idem de watertank, maar het plafond is nog niet af. Alles moet nog geverfd worden en voor de keuken moeten kastjes gebouwd worden.

En dan is er ..... 't fantastische uitzicht. Je waant je in een lodge, schommelend in de hangmat, uitkijkend over de 'prairie', in de verte een kudde koeien (met wat fantasie denk je dat 't buffels of olifanten zouden kunnen zijn). Op dit moment zie je in 't donker allerlei vuren - het gras wordt platgebrand - en net kwam het vuur tot naast het huis. Een wel 500 m lange 'streep' vuur is er nu nog te zien vanuit de tuin. Het is een prachtgezicht. Het huis ligt aan de rand van Kaoma, onderlangs loopt een klein stroomtje dat dan in de regentijd aardig opzwelt.

Over 't ziekenhuis en mijn werk heb ik jullie al het een en ander geschreven. Het leiden van het managementteam ervaar ik regelmatig als lijden, maar ondanks alle problemen en frustraties, lijkt er wat te "groeien". Ik heb de indruk dat er meer openheid is, en ook wel bereidheid bij een aantal mensen om er wat beters van te maken. Iedere dag ervaar je hier als een avontuur, vol verrassingen en onverwachte problemen, medisch en organisatorisch. Dat maakt dat mijn stemming als een jojo op en neer gaat. Je leert en probeert eigenlijk steeds verschillende benaderingen te gebruiken bij de problemen waarmee je geconfronteerd wordt; boos worden, weigeren te gaan werken (dat heb ik afgelopen vrijdag gedaan .... na 't ochtendrapport zei ik dat ik niet ging werken tot dat het probleem besproken en opgelost was (had te maken met 't lab)), glimlachen en ondertussen toch de harde boodschap overbrengen, negeren en delegeren.

Het medische werk ik uiteraard erg afwisselend en interessant. Om maar een paar voorbeelden te geven (niet overgeven, he): op de vrouwenafdeling ligt er nu een oude vrouw met een volledig weggevreten bovenbeen, een meisje met een tropisch ulcus op 't onderbeen zo groot als een voetbal, nu langzaam genezend dankzij 'suikertherapie' (suiker op de wond); op de mannenafdeling een man die met 3 kogels doorboord was, hij werd verdacht van hekserij en mensen waren ingehuurd om hem om zeep te helpen; een door 't oor, een door de heup en een door de kuit - na een grondige schoonmaak op de OK lijkt het nu toch fraai te genezen - ; op de kinderafdeling liggen verschillende kinderen met ernstige brandwonden, echt mutilerend (gelaat, hand en arm, de hele rug en zo), ook een 2 maanden oude baby met een afgrijselijk waterhoofd. We hebben altijd veel fracturen (botbreuken) op de afdelingen. Veel geslachtsziekten, AIDS en Tuberculose. En ook infectieziekten zoals malaria, meningitis, pneumonie. Vorige week is er een meisje overleden aan rabies.

Waar ik trots op ben is de prematuren-kamer (voor te vroeg geboren baby's). Omdat een kamertje vrij kwam naast de vrouwenafdeling hebben we de couveuzes van de afdeling (de baby's lagen tussen alle vieze wonden en kuchende patienten) kunnen verplaatsen, en werkelijk vol trots steken de verschillende moeders elkaar de loef af - wie groeit er het snelst?? De kleinste die we hebben is vorige week geboren met een gewicht van 900 gram!!! Helaas had de vroedvrouw het achteloos zonder instructies in de couveuze gelegd, lag het daar zielig uittedrogen onder de hete lamp zonder enige voeding. Maar nu doet 'ie 't fantastisch.

We hebben 't plan, het staat nog in de kinderschoenen - eigenlijk moet het plan nog op papier gezet worden, om een maternity ward te gaan bouwen en om definitief iets aan het water en sanitatieprobleem te gaan doen. Vaak is er geen water in het ziekenhuis (denk eens in; je kan niet schoonmaken, je kan niet koken voor de patienten, geen water op de OK of in de verloskamer, om wonden schoon te maken, of gewoon voor patienten om zich te wassen of wat te drinken - voor pillen of ORS), en de toiletten (pit-latrines) zijn bedroevend. Rik Peeperkorn, de sectorspecialist Gezondheid op de Ned. Ambassade, is tijdens zijn bezoek hier vorige week behoorlijk onder de indruk geraakt van de deplorabele toestand waarin het ziekenhuis verkeerd. Hij is bereid om zijn best te doen steun te krijgen voor deze 3 projecten.

24 juni

Deze pagina's worden door Herman Kuiper onderhouden.