We wachten, we wachten nog wat langer, totdat inmiddels een klein uur om is. Zich verontschuldigend komt de vrouw weer naar ons toe, en zegt dat de immigration officer niet te vinden is. Als we nou onze namen op een stukje papier schrijven, kunnen we wel doorrijden. We hebben het voor de zekerheid nog maar even gevraagd: er komen inderdaad per maand niet veel mensen deze grens over, zo'n 2 a 3 per maand...
Na een half uurtje het karrespoor verder gevolgd te hebben komen we bij wederom een slagboom. Deze ziet er wat indrukwekkender uit, en gaat vergezeld van een echt kantoortje en een (vervallen) wachthokje. Wij naar binnen, is ook hier de immigration officer niet aanwezig. Wel de customs officer (over werkgelegenheid gesproken). Hij kan de auto in elk geval wel tijdelijk inklaren (a raison van 5 US$; een verblijfsvergunning is 5000 Malawiaanse Kwacha, ca 500 gulden, tenzij het de vrouw van een Malawiaanse man betreft, dan is het 70 Kwacha), en zal ons een briefje meegeven ("to whom it may concern") dat de immigration officer niet aanwezig was, en of ze ons alle assistentie willen geven. Afgesproken wordt dat we over twee dagen, bij het verlaten van het Nyika Plateau, weer even langskomen, zodat de juiste stempeltjes gezet kunnen worden.
Twee dagen later komen we wederom bij de grenspost aan. De immigration officer is wel aanwezig, maar kan even niet komen ("He's having a bath") - of we even willen wachten. Tien minuten later komt er iemand in een bermuda en een te fel gekleurd shirt aanzetten. De immigration officer. Na uitgelegd te hebben wat we komen doen, meldt hij ons dat we een overtreding hebben begaan. We hadden ons volgens de wet (die er natuurlijk bijgehaald werd, een niet zo dik boekje - is dat alles?) binnen 24 uur bij een politiebureau moeten melden.
David vindt het allemaal maar onzin, en zegt dan ook iets in die strekking. Oeps. Daar is de immigration officer niet van gediend. David blundert vervolgens vrolijk verder door steeds bozer te worden ("Listen!"), iets dat de immigration officer niet ontgaat. Mij meldt hij dat "your friend" een beetje heetgebakerd is, en dat hij niet zo geschikt zou zijn als president. Ik probeer de boel een beetje te redden (over voetbal praten, dat helpt) nadat David uitgeroepen heeft dat als ze ons hier niet willen, we wel weer terug gaan Zambia (maar terug over dat weggetje, dat willen we helemaal niet!). Uiteindelijk loopt het allemaal met een sisser af, en wordt zelfs de achterkant van de (heel erg vieze) auto voor ons schoongemaakt.
Een paar dagen later, bij een road check
De traffic police officer vraagt naar onze autoverzekering. David pakt zijn Zambiaanse verzekering erbij. Helaas, die is niet goed. Een Malawiaanse verzekering moet je hier hebben. Geen verzekering? Een boete van 5000 Malawiaanse Kwacha. Net op tijd bedacht dat er voor de auto natuurlijk ook een internationale verzekering is afgesloten. Of we die dan kunnen laten zien. Oeps. Polis niet meegenomen. David doet nog wat zwakke pogingen zich er uit te lullen ("Look, this is an envelope of the insurance agency!", "I work for the Netherlands Government - here, my service passport!") terwijl ik maar weer eens over mijn favoriete gespreksonderwerp voetbal begin, maar dat lukt niet echt. Deze keer zonder ruzie te maken wordt er een compromis gesloten: rijbewijs wordt ingehouden, wij terug naar Mzuzu, om daar een verzekering af te sluiten. Het was een race tegen de klok, maar wel een stuk goedkoper. Uiteindelijk kostte de verzekering zo'n twaalf gulden (eerst was het 60, voor een pick-up truck; toen we niet genoeg geld bij ons bleken te hebben werd er maar een een verzekering voor een station car van gemaakt...).
Weer een paar dagen later, bij een andere grensovergang
De geleerde les is weer een beetje weggezakt als de Zambiaanse immigration officer bij een andere, grotere, grensovergang probeert David een visum aan te smeren. Nog even komt er een "Listen!" naar boven, maar uiteindelijk lukt het toch om zonder te betalen de grens over te komen.
Deze pagina's worden door Herman Kuiper onderhouden.