Maar voetbal dus. Bijna iedere school heeft wel een voetbalveld, meestal niet meer dan een terreintje tussen de bomen waar niks meer groeit, en twee doelen gemaakt van ieder drie bomen. Voetbal is dus belangrijk hier. Daarom kijk je na een tijdje ook niet raar meer op dat nadat gevraagd is waar je vandaan komt, meteen overgeschakeld wordt op het wereldkampioenschap. Het nostalgisch naast de radio hangen en door het gekraak heen luisteren naar "Dit is Radio Nederland Wereldomroep. De tijd in Hilversum is half zeven. U luistert naar de uitzending voor zuidelijk Afrika" om achter de voortgang van het Nederlandse team te komen is nergens voor nodig. Bij het tanken leren we dat Nederland tegen Brazilië zal moeten spelen, en terwijl David ruzie zoekt met een officer van de traffic police (zie Verhaal VII) babbel ik met zijn collega over die (inmiddels net gespeelde) wedstrijd.
Overigens zijn ze hier op nog wel meer dingen gesteld: goede gekleed gaan is er daar eentje van. Zelfs al rij je midden door de wildernis, kom je nog steeds mensen tegen die een pak dragen (ok, soms zijn ze niet helemaal nieuw meer :-)), meestal met stropdas. Is een pak niet voorhanden, dan is winterkleding favoriet: een winterjas, of wollen muts, wordt met trots gedragen, ook al is het 27 graden... (Je past je toch wel aan: ik draag hier meestal een lange broek, en heb geen flauw idee hoe iemand het in een winterjas kan uithouden).
Na een weekendje niks doen in Luwingu (al blijven dokters dokters: zelfs in een ander ziekenhuis toch nog even in het weekend een ronde meelopen...) nu op weg naar de wildernis. Eerst naar het Nyika Plateau, dan naar South Luangwa National Park. In het laatste plaatsje van enige omvang bij de Shoprite eten ingeslagen voor de komende week. Hier word ik me weer heel bewust van het grote contrast: nadat ik netjes in de rij ben gestaan voor het brood (een forse rij, een nieuwe lading brood komt zo uit de oven) en daar eventjes heb gestaan, word ik gewenkt door een van de security guards van de supermarkt. Hoeveel brood had ik nodig? Voordat ik me volledig realiseer wat er gebeurt wordt ik uit de rij gehaald en krijg ik twee broden in mijn handen gedrukt. Ik weet niet helemaal waar ik moet kijken als ik langs de lange rij op weg ga naar de kassa's. Of ze nou bang waren dat het brood op zou zijn voordat ik aan de beurt was, weet ik niet. Later zie ik dat degene die voor mij stond ook gewoon nog brood kan krijgen. Bij het verlaten van de winkel (wel eerst het bonnetje tonen aan de security guard!) wordt het winkelwagentje zo een beetje uit mijn handen gerukt en helpt een winkelbediende met het duwen van het wagentje naar de auto en het inladen van de plastic tassen...
's Avonds liggen liggen in Kapyisha Hot Springs. Omringd door palmbomen, onder de volle maan, lekker niks doen. Na een halve week zonder douche (Luwingu heeft waterproblemen) is dat wel lekker. De hot springs horen bij een echte Engelse Manor, die hier midden in de bush door een Engelsman begin deze eeuw is laten aanleggen. Een rijtje cottages, een oprijlaan, een beetje onwerkelijk rij je erlangs. Die Engelsman was hier een keer in het kader van zijn werk als militair, en dat beviel kennelijk zo goed dat hij na zijn (vroege) pensioen is teruggekomen. Vervolgens is, 20 kilometer te voet vanaf de dichtstbijzijnde weg, al het bouwmateriaal en de inrichting (inclusief schilderijen en een ruime bibliotheek) aangevoerd.
Deze pagina's worden door Herman Kuiper onderhouden.